Slike stranica
PDF
ePub

voorgesteld bij Koninklijk besluit van den 6 Sept. 1836. Gent 1841. 8°.

В. Н.

HUBERT VAN DEN HOVEN (V. H. DELECOURT), La langue Flamande, son passé et son avenir. Projet d'une orthographe commune aux peuples des Pays-Bas et de la Basse-Allemagne. Avec une carte des divers territoires où l'on parle le Nederduitsch. Brux. 1844. 8°.

B. H.

L. A. TE WINKEL, De Nederlandsche Spelling onder beknopte regels gebragt. Leid. 1859. 8°.

B. H.

De grondbeginselen der Nederlandsche Spelling. Ontwerp der spelling voor het aanstaande Nederlandsch Woordenboek. Van wege de Redactie bewerkt. Leid. 1863. 8°. B. Н.

De grondbeginselen der Nederlandsche Spelling. Regeling der spelling voor het Woordenboek der Nederlandsche taal. Leid. 1865. 8°.

(————) De verlenging der heldere A in gesloten lettergrepen. (Overdruk.) 8°. В. Н.

L. PH. C. VAN DEN BERGH, De Leer der enkele en dubbele Vokaalspelling in het Nederduitsch onderzocht en opgehelderd. Rott. 1836. 8°. B. H.

R. POSTHUMUS, Eenige aanmerkingen over de dubbelde en enkelde Klinkerspelling in de Nederlandsche taal, in eenen brief aan M. de Haan Hettema medegedeeld. Dock. 1839. 8°.

В. Н.

M. DE HAAN HETTEMA, Antwoord aan R. Posthumus, over zijne
Aanmerkingen enz. Dock. 1839. 8°.
В. Н.

J. H. HALBERTSMA, De Y eene Nederlandsche letter. (Overdruk uit den Overijsselschen Almanak, 1853.) 8°. *

J. VAN VLOTEN, Y en IJ. Spellings-grieven, bedenkingen en wenschen. (Overdruk.) 8°. В. Н.

A. DE JAGER, Proeve eener beantwoording der vraag: "In hoe verre zijn de tegenwerpingen in de laatste tijden tegen de ingevoerde spelling gemaakt, gegrond, en in hoe verre behooren zij tot verbetering onzer taal te worden aangenomen en ingevoerd?" Bekroond met den gouden eerepenning. (Overdruk uit de Werken der Holl. Maatsch. van fraaije kunsten en wetensch.) 8°. В. Н.

P. VAN GENABETH, Eenige woorden aan alle voorstanders onzer moedertaal, bijzonder aan de leden van het in September 1850 te Amsterdam gehouden tweede Nederlandsch Letterkundig Congres, met een snuifje uit de oude Belgische doos. Haarl. 1851. 8°. B. H.

(J. A. ALBERDINGK THIJM) Over de spelling van de Bastaard woorden in 't Nederduitsch, door M. Amst. 1843. 8°. В. Н.

J. F. DYCK, Verhandeling over de Vlaemsche uitspraak. Thielt (1861.) 8°. В. Н. M. J. NOORDEWIER, Overzigt van de aanhechting van toonlooze woorden bij onze ouden. (Afgedrukt uit het Nieuw Nederl. Taalmagazijn.) 8°. B. H.

A. DE JAGER, Proeve over den invloed van Bilderdijks dichtwerken op onze taal, ten aanzien van het vormen van nieuwe en het terugroepen van oude woorden en spreekwijzen. - Vier Fragmenten eener Nederlandsche bewerking van den Ridderroman Huon de Bordeaux, medegedeeld door S. DE WIND. (Werken v. d. Maatsch. d. Nederl. Letterk. Nieuwe reeks, deel V.) Leid. 1847. 8°. В. Н.

V. H. VAN DEN HOVE (DELECOURT), De verbuigingen der oud-, middel- en nieuw-Nederduitsche sprake. Brief aen prof. Borman. Brussel en Gent 1850. 8°.

Met eene aanteekening over den Schrijver van J. H. Halbertsma. H. PIETERSON, Rhapsodia van Nederd. Taalkunde, benevens eene Geslachtslijst der zelfstandige naamwoorden. Amst. 1776. 8°.

D. VAN HOOGSTRATEN, Lijst der gebruikelijkste Zelfstandige Naamwoorden, beteekend door hunne Geslachten. 6o dr., aangevuld uit de bijvoegselen van G. OuThor, aanmerkel. verm. en opgeheld. door A. KLUIT. Amst. 1783. 8°.

Hetzelfde werk.

Met vele geschreven kantteekeningen.

В. Н.

W. BILDERDIJK, Verhandeling over de Geslachten der Naamwoorden in de Nederduitsche taal. 2o dr., met bijvoegselen en vermeerderde aanteekeningen. Amst. 1818. 8°.

Geslachtlijst der Nederduitsche Naamwoorden, op

stellige taalgronden gevestigd. Amst. 1822. 8°.

Met vele geschreven aanteekeningen van J. H. Halbertsma.

В. Н.

Verklarende Geslachtlijst der Nederduitsche Naamwoorden, op stellige taalkunde gevestigd. Amst. 1832-34.3 dln. 8°.

W. BILDERDIJK, Hetzelfde werk, in 1 bd.

Met vele geschreven aanteekeningen van J. H. Halbertsma.

В. Н.

H. PIETERSON, Geslachtlijst der Zelfstandige Naamwoorden, aanmerkelijk vermeerderd door den uitgever. 9o dr. Haarl., de Wed. A. Loosjes, Pz. 1830. 8°.

B. H.

ANTH. SMYTERS, Epitheta, dat zijn Bynamen oft Toenamen. Met oock korte wtlegghinghe van zommighe sware namen ende woorden. Rotterd. 1620. 8°.

В. Н.

HENR. HAGEMAN, Verzameling van Nederduitsche Byvoeglyke Naamwoorden. Amst. 1771-72. 2 dln. 8°.

H. PIETERSON, Verhandeling over de Scheid- en Onscheidbare Voorzetsels van de werkwoorden der Nederd. Taale enz. Amst. 1774.8°.

De Logische analyse, Beschouwingen naar aanleiding van Prof. T. Roorda's Rede-ontleding of logische analyse der taal, door Dr. L. A. te Winkel. Zutph. 1858. (Beoordeeling door Q. N., overgedrukt uit het tijdschrift De Ned. Taal. 3o jaarg.) 8°. B. H.

G. HESSELINK, Hollandsche Dichtmaat en Prosodie, toegepast op het rythmus en metrum der ouden, in zoo verre beiden in onze Hollandsche dichtkunde zouden kunnen worden ingevoerd. Amst. 1808. 8°. В. Н.

J. KINKER, Proeve eener Hollandsche Prosodia, oordeelkundig gegrond op, en door het gehoor getoetst aan de uitspraak onzer taal, door het beschaafde gedeelte onzer natie, en toegepast op het rythmus en metrum der ouden, in zoo verre beiden in onze Hollandsche dichtkunde zouden kunnen worden ingevoerd. (Werken der Holl. Maatschappij van fraaije Kunst. en Wetensch. Amst. 1810. dl. I.) 8°.

B. H.

W. J. A. JONCKBLOET, Over Middennederlandschen Epischen Versbouw. Amst. 1849. 8°.

B. H.

P. VAN DUYSE, Verhandeling over den Nederlandschen Versbouw. 's Hage 1854. 2 dln. 8°.

Verzameling van de bruykbaarste Nederduytsche Rymklanken : tot dienst der liefhebberen van taal- en dicht-kunst, byeen vergadert en in orde geschikt. Utrecht 1754. 8°.

D. MOSTARTS, Vermeerderde Nederduytsche Secretaris oft Zendtbriefschryver. Met een tytelboexken. Amst. 1656. 24°. В. Н.

J. VAN LENNEP, Titels in Brieven. Een gesprek. Amst. 1845.

8°.

В. Н.

M. DE VRIES, Proeve van Middelnederlandsche Taalzuivering. Voorbereidende opmerkingen voor de aanstaande uitgave van een Middelnederlandsch Woordenboek. Haarl. 1856. 8°.

Middelnederlandsch Woordenboek. 's Grav. 1864-65.

Afl. 1 en 2. Lex. 8°.

GHER. VAN DER SCHEUREN, Teuthonista of Duytschlender. (Nederl. en Lat.) Uitgeg. door C. BOONZAJER, verrykt met eene voorrede van J. A. CLIGNETT. Leyd. 1804. 4°.

Slechts 180 exemplaren zijn van deze uitgave opgelegd. Zie verder den Cat., 2e ged., van J. van Leeuwen, bl. 451.

Hetzelfde werk.

Vocabulorum Gemmula. (In fine:) Finē accipit vocabulorum gēma diligenter emēdata atque de verbo ad verbū per totū diligetur reuisa cum vocabulario de propriis noīb. hoïm illustriu: urbiu: prouinciarum montiū ac fluuiorū in poesi ac historiis maxime coducentiū: iuuenibus et mediocriter doctis admodū vtili huic nouiter annexo. Impressa Dauētrie per me Richardum Pafraet. Anno domini MCCCCXCVIJ, secunda Januarij. 4°. В. Н.

Bij Brunet (V, 1343) wordt deze uitgaaf niet vermeld.

(C. PLANTYN) Thesaurus Theutonicae Linguae. Schat der Nederduytscher Spraken. Inhoudende niet alleene de Nederduytsche woorden, maer oock verscheyden redenen ende manieren van spreken, vertaelt ende overgeset int Fransois ende Latijn. Antv., Plant., 1573.4°.

В. Н.

CORN. KILIANI Etymologicum Teutonicae linguae, sive dictionarium Teutonicae linguae dictiones et phrases Lat. interpr. et cum aliis nonnullis linguis obiter collatas complectens. Ed. 3a, prioribus auct. et correctior. Antv., ex offic. Plantiniana ap. Jo. Moretum, 1599. 8°.

В. Н.

KILIANUS auctus, seu Dictionarium Teutonico-Latino-Gallicum. Adiunximus etiam LUD. POTTERI libellos duos. I. de propriorum utriusque sexus nominum Germanicae originis etymis ac significatione. II. de animalium nomenclatura. Amst., Jo. et Jod. Jansonius, 1642. 8°.

В. Н.

CORN. KILIANI Etymologicum Teutonicae linguae, sive dictionarium Teutonico-Latinum; curante GER. HASSELTO, qui et suas annotationes adjecit. Traj. Bat. 1777. 2 tom. 1 vol. 4°.

Idem opus, ead. ed.

В. Н.

Vóórin eene bibliograph. aant. van Dr. J. H. Halbertsma, benevens een MS. woordenlijstje Bargoens, door J. J. A.

Idem opus, ead. ed.

В. Н.

In twee banden, doorschoten, met aanteekeningen. Novum dictionarium Belgico-Latinum. Gedrukt by J. Lekens tot B. H.

Maestricht. 8°. Z. titel.

JAN KORN. VALK, Beredeneerd plan van punten ter afschaffinge van het rondzenden der stukken, welke in de Maatschappy (der Nederl. Letterk.) ter beoordeelinge worden ingeleverd, aan alle derzelver Leden, als eene aanleiding ter nadere overweginge van deze stoffe der Maatschappye voorgedragen.

Taalkundige vragen voorgesteld aan de Leden van de Maatschappy der Nederlandsche Letterkunde te Leyden, den 11 van Hooimaand 1775. Met drie bijlagen van Nederduitsche woorden.

Ontwerp tot het opstellen en bewerken van een Nederduitsch omschrijvend Woordenboek.

Ontwerp van de Maatschappy der Nederlandsche Letterkunde te Leyden, tot het vervaardigen van een algemeen omschryvend Woordenboek der Nederlandsche tale.

Beredeneerd Plan tot het vervaardigen van een Algemeen, omschryvend Woordenboek der Nederlandsche tale, enz. met byvoegsels en aenmerkingen.

Alphabetische Woordenlijst (volgens besluit van de Jaarl. Vergad. van 1786 en ten dienste der Leden gedrukt) A-H. Met voorafgaande geleidebrief van den Oogstmaand 1787 en get. J. A. CLIGNETT, en Naamlyst der aucteuren, waaruit de excerpten getrokken zijn. fol. B. H.

..

P. WEILAND, Nederduitsch Taalkundig Woordenboek. Amst. 17991811. 11 dln. 8°.

en G. N. LANDRÉ, Woordenboek der Nederduitsche Synonimen. 's Grav. 1821-25. 3 dln. 8°.

H. MARTIN Jr., Beredeneerd Nederd. Woordenboek, voorafgegaan

« PrethodnaNastavi »